OUDEWATER - Oudewater, dik 300 jaar geleden. Nellie Cuyper neemt de benen. Het laatste wat ze wil is een gedwongen huwelijk met een man waarvan ze gruwt.
Ze trekt de deur van haar ouderlijke huis in de IJsselstad definitief achter zich dicht. Voor altijd. Het is het begin van een meeslepend avontuur dat eindigt in een hoerenkast op Haïti, de westelijke helft van het Caraïbische eiland Hispagnola. Nellie gaat naar zee. Verkleed als man monstert ze aan als matroos op een schip dat koers zet naar ’De West’.
Op reis naar wat in die dagen nog West-Indië heet, valt het koopvaardijschip ten prooi aan zeerovers. Het gaat fout als aan de horizon een verdacht zeil opdoemt en de kapitein van Nellie’s schip het vuur opent. Het schrikt ze niet af; sterker nog: de piraten enteren de Hollandse koopvaarder. De slag die volgt kost aan Hollandse zijde acht levens en ruim dertig gewonden. De piraten brengen het er beter van af maar zijn tot het bot getergd door de tegenstand.
Alle opvarenden worden overboord gezet, maar Nellie ontspringt de dans. Ze stribbelt heftig tegen en roept dat ze wel wat voelt voor een toekomst als zeerover. De boodschap komt aan; op het piratenschip varen enkele Noord-Hollandse rovers mee die haar in bescherming nemen. Niet wetend dat ze met een vrouw te maken hebben.
In zijn onlangs verschenen Pirantenencyclopedie beschijft Arne Zuidhoek dat Nellie Cuyper zich lang kan handhaven. ,,De mannen zijn dol op die goeduitziende knaap die, waar het de wapenhandel betreft, zeer leergierig is.’’ In de tropische Caraïben kan het geen geheim blijven dat de buitgemaakte jongeling een vrouw is. Net als de mannen moet ze een keer letterlijk met de billen bloot. Eenmaal ontmaskerd heeft ze, denkt piraten-kenner Zuidhoek, menig collega moeten gerieven. Een nieuwe fase in het bewogen leven van Oudewaterse Nellie breekt aan als ze in het roverhol bij Basse Terre op het eilandje Toruga, bij Haiti, aan wal wordt gezet met de boodschap ’snel te trouwen’. Maar daar wil ze nog altijd niet aan. Elke zeerover van naam is in de jaren daarna de bijzit van Cuyper.
Ze laat zich betalen met ducaten en andere exotische munten, met sieraden en edelstenen. Haar rijkdom investeert ze in een uitgaansgelegenheid bij een van de prachtige baaien in het noorden van Haïti. Dit piratenparadijs, La Badie, is alleen bereikbaar over zee en heeft drank, eten en vrouwen in overvloed. ,,Als er ooit een piratennederzetting is geweest waar mannen in- en ingelukkig waren, dan daar’’, concludeert Zuidhoek tijdens een bezoek meer dan 25 jaar geleden.
Cuypers levenswerk is op dat moment al vervallen tot een ruïne. Zuidhoek gaat ervan uit dat de plannen van dat moment om een modern vakantieoord te bouwen op de plek waar lallende zeerovers de tijd van hun leven hadden, inmiddels zijn voltooid.
Bron : AD.nl