U hebt gezocht op het woord: defibrilleren.
de·fi·bril·le·ren (overgankelijk werkwoord, ook absoluut; defibrilleerde, heeft gedefibrilleerd) 1 (geneeskunde) (iem.) met een defibrillator behandelen.
Hmmm... bij mijn volgend bezoekje aan een saunaclub ga ik 'ns aan een dame vragen of zij houdt van defibrilleren .