Huilen op het perron in Lviv: de mannen mogen niet vertrekken
Een kale grensmilitair met gespannen kaken en een collega met een lange, donkere paardenstaart banen zich vrijdagmiddag om 3.00 uur een weg door een overvolle trein die al uren stilstaat in Lviv. Zij speuren naar Oekraïners tussen de 18 en 60 jaar. Alle mannen moeten hun papieren laten zien. Wie zwaait met een Pools of Brits paspoort, of wiens geboortedatum is van voor 1962 of na februari 2004, mag blijven. Maar een stevige dertiger met een baardje wordt door de vrouwelijke militair streng toegesproken en de trein uit gesommeerd. Hij pakt gelaten zijn rugzak uit het bagagevak. Zijn partner barst in huilen uit en vervloekt de geüniformeerden. Dan pakt ze de kattenkooi met hun huisdier erin en gaat achter haar man aan. Ze blijft liever samen met hem in gevaarlijk Oekraïne dan alleen te vertrekken naar veilig Polen.
De door president Volodymyr Zelensky afgekondigde mobilisatie betekent niet dat elke man die daar toe in staat is onmiddellijk onder de wapenen moet. Maar het is ze verboden het land te ontvluchten. Ze moeten paraat staan om het te verdedigen tegen de Russische invasie die donderdag in de vroege ochtend begon. Het perron in Lviv, de noordwestelijke stad zo’n tachtig kilometer van de Poolse grens, is daarom het toneel van laatste zoenen, intense knuffels en heel veel tranen. Een vader met grijs haar in een knotje die zijn dochtertje probeert te troosten houdt het zelf niet meer droog. Afscheid zonder enige zekerheid van weerzien.
Toen het luchtalarm in Lviv vanochtend af ging en Joeri Stopkin (37) met zijn vrouw Tanja en zoontje Alexander (9) dekking zocht in een schuilkelder, nam hij het besluit dat zij moeten vluchten. „Afscheid nemen is vreselijk, maar als ik weet dat mijn familie veilig is, kan ik makkelijker opereren in deze absurde situatie.” Mocht hij voor de strijd worden opgeroepen, dan hoeft hij zich geen zorgen te maken dat zij zonder hem in Lviv achterblijven.
Hij heeft begrip voor de Oekraïense oekaze aan alle mannen. „Oorlog is nu eenmaal niet eerlijk. Het is ongelooflijk moeilijk voor Oekraïne om van het veel sterkere Russische leger te winnen. Ons voortbestaan staat op het spel, dus alle oplossingen zijn geoorloofd”, zegt Stopkin, die IT’er is. „Tot een paar dagen geleden kon ik me niet voorstellen dat ik in staat zou zijn om op een ander mens te schieten. Maar nu de invasie een feit is, ben ik bereid mijn land te verdedigen. Al weet ik niet hoe geschikt ik er voor ben.” Zijn lach bedekt de angst die hij voor zijn negenjarige probeert te verbergen.
Liever samen weg
Niet alle mannen die hier afscheid nemen denken er zo over. Arseni Ivanovitsj (21) zou het liefst met zijn moeder en zijn broertje meegaan naar Polen. Samen vluchtten ze jaren geleden van Donetsk naar Marioepol, waar hij nu studeert, en sinds de oorlogsverklaring deze week helemaal naar Lviv, 1.300 kilometer naar het westen. Zodra deze trein vertrekt is hij alleen, met slechts zijn vader in Kiev waar hij terecht kan. „Ik vrees voor onze levens. Sommige mensen willen vechten. Ik wil gewoon weg.”
Hij vindt het moeilijk te verkroppen dat hij door zijn eigen regering wordt vastgehouden in een oorlog waar hij op geen enkele manier deel van uit wil maken. Hoe vrij is het land als het zijn mannen tot vechten dwingt?
In een halletje van het station staat Olga Gregorjeva (27) in een grijze hoodie te trillen van de zenuwen. Het luchtalarm is net opnieuw afgegaan in Lviv en het station met z’n enorme glazen koepel voelt als een onveilige plek om te zijn. Ze wacht met haar broertje Mikita (17) op de uren vertraagde trein zonder enig idee te hebben waar zij vanavond zullen slapen. „We kennen niemand in Polen, maar we horen dat mensen daar goed worden opgevangen.” Haar zorgen gaan over haar vader en haar echtgenoot, van wie ze in Kiev amper afscheid heeft kunnen nemen. „Wij kregen opeens een lift naar Lviv en toen moest ik meteen vertrekken.” Ze is even stil. „Ik heb geen hoop dat ik hem nog terugzie.”
Ze vreest dat de Russische strijdkrachten ook willekeurige burgers doden. „Dat mensen worden geëxecuteerd op straat en de rest leeft als een gevangene, zoals we nu al zien in de Donbas”, het oostelijke gebied waarvan een deel sinds 2014 onder Russische controle staat. In zo’n land wil Gregorjeva niet leven. „Het voelt alsof vandaag onze laatste kans is om daaraan te ontsnappen.” De man met het grijze knotje ijsbeert over het perron en probeert in de volle trein nog een blik van zijn gezin op te vangen.
Niet alle Oekraïense ontheemden willen de grens over naar buurlanden in de Europese Unie. Vitali (34) uit Kiev is met zijn gezin „een reizend circus met vrouw, twee kinderen, een hond en een kat” uitgeweken naar een dorp een uur ten zuiden van Lviv. „Het voelt niet goed om ons op te splitsen.” Hij denkt met zijn vlucht ook een eventuele oproep voor het leger te ontlopen. „De autoriteiten weten niet waar ik ben.”
Hij is vandaag op het station om vrienden te helpen vertrekken. Ook zonder mobilisatie zou het land verlaten voor hem een te grote stap zijn. Hij heeft een goedlopend familiebedrijf in elektra met vijftig werknemers dat hij niet wil opgeven. „Ik heb in Polen gestudeerd en zou daar makkelijk kunnen wonen, maar ik heb geen zin om ergens anders opnieuw te beginnen. Als het militaire geweld voorbij is, hoop ik weer terug te gaan naar Kiev.”
Leven onder Russische bezetting
Ook als dat betekent dat hij moet leven onder Russische bezetting of een door Poetin geplant regime. „Mensen zullen nog steeds stopcontacten nodig hebben”, redeneert hij. Vanwege deze in Oekraïne uiterst controversiële opvatting wil Vitali niet met zijn achternaam in de krant. „Het enige nadeel is dat we niet meer vrij zullen zijn om onze mening te verkondigen: op sociale media of in te keuken.” Hij refereert aan een gezegde uit de Sovjettijd dat zelfs gasten in je eigen keuken staatsspionnen kunnen zijn.
Juist dat is voor Olga Gregorjeva, Arseni Ivanovic, Yoeri Stopkin en vele anderen een reden om wel te vertrekken. „De komende dagen zullen beslissend zijn in de strijd”, zegt Stopkin. „Als de hoofdstad valt en Rusland de oorlog wint, dan komt de mobilisatie te vervallen en wil ik alsnog weg.” Zijn gezin achterna dat dan al in Polen is. „Het was al niet makkelijk om hier te leven, maar als de Russische ‘bevrijders’ (wat ze volgens Russische propaganda zijn, red.) hier de dienst uitmaken, wordt het onmogelijk.”